maandag 31 mei 2010

Lift kapot

Vandaag in de krant. De enige lift in een flatgebouw gaat 's ochtends om 10.00 kapot en dat duurde tot 21.00 uur. Citaat uit het artikel:

"Bewoners, hoofdzakelijk oudere mensen met gebreken, konden hun woning slecht of niet meer bereiken. Zo moesten terminale kankerpatiënten via de trap 5 verdiepingen naar beneden en boven gedragen worden. Andere bewoners zochten onderdak bij familie of een zorginstelling".

Helaas komt zoiets vaker voor. Vorig jaar nog in een andere stad, waar de lift nog langer buiten bedrijf was. En nog meer (oudere) mensen die daar flink last van hadden omdat ze hun huis niet meer konden bereiken of er niet meer uit konden.

Wat was er in deze beide gevallen gebeurd, als er ontruimd had moeten worden omdat er bijvoorbeeld brand uitbreekt? Dat is de keerzijde van "toegankelijkheid" en het heet "uitgankelijkheid".

Appartementen vallen doorgaans nogal in de smaak van ouderen en gehandicapten die graag een gelijkvloerse woning willen hebben, of door mobiliteitsproblemen in een andere woning niet uit de voeten kunnen. Als alles werkt zoals het bedacht is en er zich geen rare dingen voordoen, werkt dat prima, ook als er maar één lift is.

Maar als de nood aan de man komt en de lift kapot gaat of wordt uitgeschakeld door de brandweer, is het wel de vraag hoe de bewoners die niet snel zijn, of weinig/niet mobiel, er tijdig uit kunnen komen, over de (nood)trap?

In november 2008 was er een ongeval op de Duitse autobahn met een autobus met ouderen. In die bus brak brand uit en een flink aantal mensen die bovenin zaten, kon er met hun rollator niet uit. En dat was maar één trapje.....

Langzamerhand begint dit gelukkig ook door te dringen tot de brandweer en de gehandicaptenorganisaties. Bij nieuwbouw houdt het Bouwbesluit in de gaten dat er minstens twee brandcompartimenten zijn, zodat er altijd een reserveroute is.

Nu de bestaande bouw nog.

Intensieve bejaardenhouderij

Vanochtend lag er een mail in mijn digitale brievenbus van een bevriende relatie die verzuchtte dat zijn vader inmiddels in een woonzorgcentrum woont (in de Randstad) maar dat het daar zo verschrikkelijk slecht is, dat hij zou willen spreken van "intensieve bejaardenhouderij". Als hij dat zegt, is het zo.

Hoe is deze vader van eind 80 daar terecht gekomen? Klassieke aanleiding: gebroken heup door een valpartij. Uit tellingen is gebleken dat een kwart van de mensen die hun heup breekt, niet meer op zichzelf kan wonen en noodgedwongen naar een verzorgings- of verpleeghuis moet verhuizen. Hij is dus een vertegenwoordiger van die groep.

Het eerste kwart overlijdt binnen een jaar, niet door de gebroken heup zelf, maar door de operatie in combinatie met andere kwalen die men al heeft. Hier hebben we een voorbeeld van nog niet zo lang geleden in de persoon van Sugar Lee Hooper. Het bijzondere aan haar was, dat ze buiten van haar scootmobiel was gevallen; het merendeel van dit soort ongelukken gebeurt binnenshuis, zo ook bij de eerder genoemde vader van de relatie.

Het schrijnende en tegelijk positieve is, dat woningen in veel gevallen een stuk veiliger gemaakt kunnen worden door betrekkelijk eenvoudige en niet al te dure verbeteringen aan te brengen. Zoals het stroef maken van de badkamervloer (zeep, water en blote voeten is een glibberige combinatie op een gladde vloer), een tweede trapleuning en "plasrouteverlichting" om nachtelijke expedities veiliger te laten verlopen.

Een toilet op de slaapverdieping is ook een heel veilig idee, maar niet altijd even gemakkelijk uitvoerbaar. En voorkomen dat je voor van alles en nog wat ergens op moet klimmen, waar je dan ook weer vanaf kunt vallen, zoals bovenramen. Dat zijn de belangrijkste bouwkundige zaken.

Wat er met de andere helft van de mensen met een gebroken heup gebeurt? Volgens de dokter zijn ze helemaal beter, maar de praktijk wijst uit, dat een flink deel van hen bang blijft om wéér te vallen. Ook niet echt leuk.

Moraal van het verhaal: het voorkomen van vallen is hét onderwerp, waar iedereen die het aangaat eens naar zou moeten (laten) kijken. De oplossingen zijn niet stigmatiserend en kunnen veel leed voorkomen. En geld uitsparen voor een flink aantal operaties en zorg achteraf. En zo komen we met een omweg dan weer terecht bij de verkiezingsprogramma's.

Blijft de intensieve bejaardenhouderij waar dit blogje mee begon. Zo'n woonzorgcentrum zou zijn licht eens moeten opsteken bij Humanitas in Rotterdam, waar de directeur Hans Becker met een dwarse blik tegen de problematiek aankijkt, wat voor onverwachte "oplossingen" zorgt, en veel woonplezier voor de bewoners.

Voor de particulieren: doe iets aan de veiligheid in huis zodat je minder kans loopt dat je in deze omstandigheden terecht komt. Huurders kunnen en mogen dat óók.

Ouder worden in je eigen huis!

zondag 30 mei 2010

Wonen in de verkiezingsprogramma's (3)

Vanmiddag kreeg ik de tip dat de Vereniging Eigen Huis op haar website een Stemwijzer Wonen heeft staan, waar ook samengevat de standpunten van de politieke partijen over "senioren wonen" langs komen aan het einde.

Makkelijk als je het zelf niet zo snel kunt vinden in het verkiezingsprogramma, zoals bijvoorbeeld bij de VVD. Daar blijken ze te hebben nagedacht over de belastingbox en volgens de Vereniging Eigen Huis, staat er ook ergens iets als "investeren in kleinschalige woon- en zorgvoorzieningen in de buurt".

Bij de PVV en de SP is het echt jammer: beide partijen zwijgen in alle talen over het onderwerp. Vooral van de SP had ik dat niet verwacht, waar was Agnes Kant toen het programma geschreven werd? De Henk en Ingrid van de PVV hebben misschien wel ouders of zelfs grootouders, vergeten?

De ChristenUnie houdt het lekker algemeen (en daardoor ook wel váág): "Bij nieuwbouw rekening houden met de voortgaande verkleining van huishoudens en vergrijzing". Maar wel jammer dat de bestaande woningen niet genoemd worden, want het overgrote deel van de mensen in Nederland woont in een bestaande woning. Hun verkiezingsprogramma heet "Vooruitzien". Bij dit onderwerp is het meer "over het hoofd gezien".

Uitwijken naar een verzorgings- of verpleeghuis is geen optie, want het aantal plaatsen daar is beperkt (ca. 150.000) en zal niet veel groeien de komende tijd. Het verzorgingshuis of verpleeghuis komt straks naar u toe!

Op dit moment woont 96% van de 65-plussers in een "gewoon" huis, en daarvan is het merendeel bestaand. Veel van die bestaande woningen kunnen wel een opkikker gebruiken om ze voor ouderen veilig en comfortabel te maken.

De SGP is niet veel duidelijker : "Zorg voor goede voorzieningen waardoor senioren zo lang mogelijk zelfstandig thuis kunnen blijven wonen".

Kennelijk is het nog niet zo'n belangrijk onderwerp op dit moment, maar dat is een kwestie van tijd: het ouder worden gaat ondertussen gewoon door.

Wonen in de verkiezingsprogramma's (2)

Wat heeft de Partij van de Arbeid in het verkiezingsprogramma staan? Copy-paste van hun eigen website:

"6.Aangepast bouwen voor de vergrijzing
Ouderen moeten langer thuis in hun vertrouwde omgeving kunnen blijven wonen. De vergrijzing vereist dat woningen hiervoor tijdig en op grote schaal worden aangepast. In combinatie met technische hulpmiddelen (domotica) kan het toenemende aantal chronische zieken als Alzheimerpatiënten verantwoord thuis blijven. Bij nieuwbouw zal aangepast bouwen wettelijk worden bevorderd. Aangepast bouwen in bestaande als wel in nieuwbouw wordt bereikt door introductie van een chronisch zieken-label voor woningen".


De intentie is duidelijk: er moet eens goed nagedacht worden over de bestaande en nieuwe woningen waarin ouderen comfortabel kunnen wonen.

Maar de precieze tekst laat nog wel wat raadsels over. Zo worden alleen de Alzheimer-patiënten met naam en toenaam genoemd, maar de groep die in de praktijk heel veel last heeft van een "slechte" woning, staat er niet bij. Dat zijn de mensen die door veroudering te maken krijgen met problemen met hun mobiliteit, vooral het lopen dus. En met een rollator of een rolstoel kom je direct de problemen in een woning tegen.

Als er dan ook nog zorg noodzakelijk wordt, krijg je te maken met de ARBO-regels, die de zorgers moeten beschermen tegen lichamelijke overbelasting. En dat betekent dat er voldoende ruimte nodig is om te kunnen helpen en om gebruik te kunnen maken van hulpmiddelen zoals een mobiele tillift, een apparaat waarmee het niet handig manoeuvreren is en wat een hele grote draaicirkel nodig heeft (dat kan dan uitmonden in gebruik van een po-stoel en wassen op bed, omdat toilet en badkamer onbruikbaar zijn geworden), en het bed van de partner past dan ook vaak niet meer in de slaapkamer... De verzorging op zich kan dus wel plaats vinden, maar of dat nou prettig is?

Verder lezen we dat "aangepast bouwen" wettelijk bevorderd zou moeten worden en dat er een chronisch-zieken-label voor woningen geïntroduceerd zou moeten worden.

Om met het laatste te beginnen: voor zelfredzame bewoning bestaat dat label al: Woonkeur. In Woonkeur zijn de eisen uit het Handboek voor Toegankelijkheid (handboek voor bouwen voor mensen met allerlei beperkingen) vrijwel geheel opgenomen, maar wel zonder rekening te houden met zorgverlening die extra ruimte vraagt.

En dat is ook een gedeeltelijk antwoord op het eerste punt, aangepast bouwen afdwingen.

Woonkeur heeft aanbevelingen die ver uitstijgen boven de minimale eisen zoals die in het Bouwbesluit staan. Een voorbeeld: een badkamer moet volgens het Bouwbesluit minimaal 80 x 160 cm zijn. Iedereen zal zich daarbij wel kunnen voorstellen wat je daaraan hebt als je bijvoorbeeld een rollator gebruikt....

Het Bouwbesluit is in 1992 bewust zo opgesteld en in de loop der jaren nog wat afgeslankt op gebruikskwaliteit en wat uitgebreid op technisch gebied. Binnenkort komt er weer een vernieuwde versie.

De crux met het Bouwbesluit is, dat niemand méér mag eisen dan wat daarin staat, ook niet via omwegen, zoals in contracten. De rechter heeft een uitspraak gedaan over de verplichting die door een gemeente per contract aan een ontwikkelaar was opgelegd om volgens de eisen van het Garantie Instituut Woningbouw te bouwen. Mag niet!

Dus opleggen dat er met Woonkeur of een ander eisenpakket gebouwd moet worden mag ook niet. En dat is ook niet zo gauw te veranderen.

We zullen het dan moeten zoeken in een of ander label of keurmerk dat door een instantie op een woning geplakt wordt. Om te voorkomen dat de commercie daar vat op krijgt en er onheuse criteria worden aangelegd omdat "partners" dat eisen, moet daar heel goed naar gekeken worden, hoe je dat dan doet.

En graag een minder stigmatiserende naam als het even kan, een vergeet-mij-nietjes woning?

vrijdag 28 mei 2010

Wonen in de verkiezingsprogramma's (1)

Hoe zien de politieke partijen het voor zich, hoe kunnen ouderen zolang mogelijk zelfstandig blijven wonen, als het aan hen ligt? We hebben de verkiezingsprogramma's van de diverse politieke partijen er eens op nagekeken, en we worden er niet blij van.

De vergrijzing op zich is bij iedereen een hot item, maar het gaat dan meestal over de AOW-leeftijd en de zorg. Het merendeel zwijgt in alle talen over de woonsituatie.

De krenten in de pap zullen we hier in een paar afleveringen nader belichten, dit keer het CDA.

Het CDA heeft een groot ouderenplatform, en dat heeft weer een grote interesse in "wonen". Dat hebben we in 2009 aan den lijve ondervonden toen we medewerking hebben verleend aan een manifestatie in april in De Eemhof onder de titel "Slimme woonzorg in de polder". Deze dag was gekoppeld aan de Europese verkiezingen van 2009.

De verwachtingen voor het onderwerp in het verkiezingsprogramma waren dan ook hoog. De bevindingen gematigd positief.

Eigenlijk wordt er maar één onderdeel echt belicht, citaat uit het hoofdstuk over "sociaal en geborgen":

"Bij bestaande bebouwing dient belemmerende regelgeving voor families om met meerdere generaties bij elkaar te wonen, te worden opgeheven: meergeneratiewoningen, het splitsen van woningen, en het zogenoemde kangoeroewonen zijn prima manieren om informele steun en betrokkenheid te realiseren."


Waar moeten we aan denken als we dit lezen? Een paar voorbeelden.In een Noord-Hollandse gemeente heeft een corporatie al brainstormend iets bedacht wat in het CDA-programma een "kangoeroewoning" genoemd zou worden, zo lazen we in 2006 in het Haarlems Dagblad (het artikel is helaas niet digitaal terug te vinden, uitgeprint in ons bezit). Het idee was om een kleine woning op de begane grond te ontwerpen voor iemand die mogelijk (mantel)zorg nodig zou kunnen hebben. Daarboven een grotere woning voor het huishouden dat deze mantelzorg zou kunnen verlenen.

Op zich een leuk idee, maar uit het artikel bleek dat de zorgwoning wel heel erg klein uitgevallen was, niet geschikt voor een rolstoelgebruiker, en ook zonder eigen buitenruimte.

Is dat waar een gemiddelde oudere blij van wordt? Midden in het groen maar geen buitenruimte om er te kunnen zitten? Om mee te eten met de mantelzorgende familie moet de bewoner van de zorgwoning bovendien naar boven? Wat ons betreft niet helemaal gelukt.....

Wat wel gelukt is, is de mantelzorgwoning van PasAan. Dat is een "losse woning" voorzien van alle gemakken en met de kwaliteit van het Bouwbesluit, die op het terrein van de mantelzorgverlenende familie kan worden geplaatst. Alleen moeten de gemeentes daar nog even aan wennen als het gaat om verlenen van vergunningen. Daarom is er op 22 september 2009 een petitie ingediend bij de Tweede Kamer om dit gemakkelijker te maken.

De petitie is breed gedragen nl door Mezzo, Unie KBO, CG-Raad, LOC Zeggenschap in zorg, CSO, ANBO, Vereniging Eigen Huis en PCOB. Deze organisaties vertegenwoordigen met elkaar enkele miljoenen Nederlanders.

In deel 2 over "wonen in de verkiezingsprogramma's" gaan we kijken bij de Partij van de Arbeid.

dinsdag 25 mei 2010

Kan ik de badkamer ook IN?

Interessante discussie op Internet tegengekomen, die de gemoederen van de mensen die zich met gebruikskwaliteit bemoeien, al heel lang bezighoudt: hoe toegankelijk is een badkamer waar kort achter de deur een toiletpot staat of een wastafel hangt?

En is dat wat het Bouwbesluit "toegankelijk" noemt? Sinds juli 1997 staat er een bepaling in het Bouwbesluit dat de vrije doorgangsbreedte 85 cm moet zijn. Ik zal de lezer de uitleg besparen, maar dan heb je wat de gemiddelde Nederlander een deur van 90 cm noemt.

In mijn 13-jarige carrière als docent woonkwaliteit bij de VAC, was het bij de beoordeling van woningen een belangrijk aandachtspunt. De deur kan helemaal open (want die draait meestal naar buiten open), maar kan je er dan ook goed doorheen, of loop je al gauw tegen een toiletpot of wastafel op die voor de deuropening uitsteken?

Helaas is het antwoord op die vraag vaak positief, zeker als de woningen - en dus ook de badkamer- niet al te groot zijn. Als je goed ter been bent, kom je er wel langs, maar met een wasmand kun je er al last van krijgen, want ook dan ben je "90 cm" breed. Met een rollator of met een stok of krukken loop je ook vast op de toiletpot. Hoezo is de badkamer dan toegankelijk?

Uit genoemd artikel rolt uiteindelijk de conclusie, dat het Bouwbesluit het echt alleen maar heeft over de deuropening zelf en niet hoe het dan verder gaat.

Daarom voor iedereen hoe het wél moet: aan weerskanten van een deur heb je minimaal 90 cm nodig om op een "normale" manier door de deur te kunnen gaan. Aan de kant waarheen de deur draait gaat dat vanzelf goed, want anders krijg je de deur niet open. Maar aan de andere kant heb je die ruimte ook nodig om naar binnen te gaan. Niemand zet toch een tafel neer achter een deur? Maar een wastafel of toiletpot dus wel....

Tijd om gelijk de mythe van de schuifdeur uit de wereld te helpen. De mythe dat die minder ruimte kost. Dat is een heel klein beetje waar, want er draait niks over de vloer, maar.... de vrije vloerruimte aan weerskanten van de deur heb je net zo hard nodig als bij een draaiende deur. Dus het levert niet echt meer inrichtingsmogelijkheden op, de vloeroppervlakte die je "kwijt" bent met een deur blijft hetzelfde. Alleen kan de deur nergens meer tegenaan slaan.

Blijft nog het feit dat schuifdeuren niet altijd even makkelijk open gaan, dat hangt er ook vaak vanaf wat-ie mag kosten en hoe bekwaam de timmerman van dienst is.

Ken u die van die rolstoeler die een schuifdeur wilde openen? Dat kostte zoveel kracht dat hij zich vanuit zijn rolstoel optrok aan de deur.....

maandag 24 mei 2010

Plasrouteverlichting

Net op Internet gelezen in een artikel over verlichting van slaapkamers, met een mooi kadertje eromheen: Laat het licht uit als je naar het toilet gaat. Licht onderbreekt namelijk je slaaphormoon! Op zich klopt dat wel, maar je kunt ook lelijk vallen omdat je niet kunt zien waar je loopt. Met name voor ouderen die sneller iets breken als ze ten val komen, is het dan ook geen goed idee om deze tip op te volgen.

Een stukje verderop in hetzelfde artikel komt de schrijver opeens met een nieuwe tip, waarmee hij de eerste onderuit haalt, maar deze is zeker wél de moeite waard om op te volgen.

In de wandeling noemen wij wat hij daar aanbeveelt plasrouteverlichting: laag aangebrachte verlichting op de route van bed naar toilet, die automatisch aangaat, als je je bed uitgaat richting toilet en weer uit als je terug bent. Je wordt er zelf niet al te wakker van, je partner ook niet, en je kunt wel zien waar je loopt.

Hoe het werkt? Er zit een sensor op de lampjes, die signaleren als je eraan komt en dan aan/uit gaan. Of er zit een sensor onder het bed die de plasrouteverlichting aandoet als hij beweging (van het uit- en in bed stappen) opmerkt. Of een drukmatje onder het bedkleedje, waarover je niet mag kunnen uitglijden of struikelen. Dan "stap" je op de schakelaar.

Voor de lampjes kun je kiezen uit speciaal ontworpen armaturen, maar bij wijze van spreken zou je ook kerstboomverlichting kunnen gebruiken.

In een plaats in Noord-Nederland is door een thuiszorgorganisatie onderzoek gedaan naar valpartijen van 55-plussers. Tot hun verbazing bleken de meeste valongevallen te gebeuren tussen 22.00 uur 's avonds en 8.00 uur 's ochtends, en dan meestal in schemer of donker. Terwijl ze dachten dat iedereen dan wel zou slapen...

Gekoppeld aan de schatting dat 70-80% van de eengezinswoningen in Nederland geen toilet op de slaapverdieping heeft, én het feit dat de valpartijen voornamelijk plaatsvinden in schemer en donker, rijst het vermoeden dat dit allemaal iets met elkaar te maken heeft.

Daarom: denk voor uw eigen nachtelijke veiligheid eens na over plasrouteverlichting en een toilet op de slaapverdieping. Daarover binnenkort méér!

donderdag 20 mei 2010

Heupen en knieën

Onderzoekers in Utrecht laten vandaag via de krant weten, dat het aantal knieën en heupen de komende jaren niet aan te slepen zal zijn. De redenen daarvoor zijn duidelijk: slijtage en gebroken heupen na een valpartij.

Die valpartijen vinden heel vaak in en om de woning plaats. Een van de risico's in huis is dat er geen toilet aanwezig is op de slaapverdieping. Ouderen moeten vaker 's nachts naar het toilet en een nachtelijk tocht over de trap (in het donker) is eigenlijk voor iedereen niet zonder gevaar. Bij ouderen is het riskanter, omdat hun botten over het algemeen gemakkelijker breken.

Verbazingwekkend getal: van alle eengezinswoningen in Nederland heeft naar schatting 70-80% géén toilet op de slaapverdieping. Dat is niet altijd zomaar te verbeteren, maar soms kan de wasmachine van de badkamer naar elders verhuizen en kan er een toilet worden aangesloten op de vrijgekomen afvoer, door middel van een sanibroyeur.

Een sanibroyeur is een apparaat dat vaste bestanddelen zo klein vermaalt, dat alles via een dunne pijp kan worden afgevoerd. Zo'n ding kan een beetje lawaaiig zijn, maar als je hem goed "inpakt" in steenwol, wordt-ie aanzienlijk stiller. Bovendien is er sinds enige tijd ook een versie op de markt die van zichzelf al stiller is.

Wie weet, dat ook uit onderzoek is gebleken dat er veel valpartijen zijn tussen 22.00 uur 's avonds en 8.00 uur 's ochtends, moet daar toch maar eens over nadenken.

Dat bespaart kunstheupen uit het krantenartikel en -nog belangrijker- een hoop leed. Ongeveer de helft van de ouderen die een heup gebroken hebben (en dan meestal een kunstheup hebben) blijft bang om opnieuw te vallen. Dat is niet bevorderlijk voor de levensvreugde.

In de krant

De vraag is altijd of je blij moet zijn met een stukje in de krant waarin je genoemd wordt, maar waar ook "rare" dingen in staan, omdat de verslaggeefster het -jammer genoeg- niet helemaal begrepen heeft.

Als u wilt weten hoe het echt zit, nodig ik u van harte uit om een kijkje te nemen op de eigen website van het Seniorkeurhuis.

U bent ook van harte welkom om zelf te komen kijken. We zijn nog niet helemaal klaar, maar er is ook nu al het een en ander te zien.

We verwachten op 1 oktober a.s. "officieel" open te gaan.

woensdag 19 mei 2010

Klusrecht in huurwoningen

Zoals gezegd in het vorige blog, was de aanleiding voor het gesprek de verhoogde douchebak. Met daarbij het verhaal, dat de bovenbuurman (die met de rollator) zelf een zo laag mogelijke douchebak heeft laten maken. Maar dat was een heel probleem geweest, want de (particuliere) verhuurder had gezegd, dat de oude hoge bak wel weer terug moest als meneer de woning zou verlaten.

Alweer een verhuurder, die probeert onder de verruimde regels voor veranderingen in huurwoningen uit te komen. Het Burgerlijk Wetboek biedt al sinds 1 augustus 2003 (!) de mogelijkheid aan huurders om hun woning te veranderen. Ook wel bekend als "klusrecht".

Voornaamste spelregels:
- alles moet technisch goed en volgens de officiële regels worden uitgevoerd
- en de verhuurder kan dat alleen maar verbieden of terugbrengen in de oude staat eisen als een Zelf Aangebrachte Verandering (ZAV) de verhuurbaarheid en/of de waarde van de woning aantast.

Dat laatste kan toch niet waar zijn bij een verlaagde of géén douchebak in "seniorenwoningen"?

Aan een aanpassing in het kader van de WMO moet een verhuurder ook altijd medewerking verlenen. Mevrouw (82 jaar, met versleten heup en knie) gaat dus bij het WMO-loket niet alleen het gesjouw met de rollator op de trap aan de orde stellen, maar ook de opstap in de douche. De schoondochter die erbij was, zei, dat ze iedere keer weer opgelucht was als het weer niet fout was gegaan. Vermoedelijk zal mevrouw er dan ook een douchezitje bij krijgen. Dat is wel zo veilig.

Een stroeve badkamervloer heeft ze al, want de woningen zijn gebouwd als "seniorenwoningen", maar dus wel met portiektrap en douche met opstap... Maar de ontwikkelaar wist wel dat er een stroeve vloer bij hoort.

Voor alle andere kennis is hij (en ook de verhuurder) van harte welkom op een bijscholingscursus!

Zelf je rollator de trap opdragen

Vandaag een gesprek gehad met een mevrouw van 82 jaar die een loopkruk of een rollator gebruikt. En haar het dringende advies gegeven om spoorslags langs het WMO-loket te gaan, want mevrouw woont in een niet al te oud appartementengebouw (jaren negentig), waar de woningen worden verhuurd als "seniorenwoningen".

Wat is het geval? De woningen zijn uitsluitend bereikbaar met een stenen portiektrap, waardoor deze mevrouw, maar ook haar bovenbuurman die eveneens een rollator gebruikt, de rollator de trap op moet dragen.... Nog een geluk, dat beiden dat kunnen. Een groot deel van de rollatorgebruikers zal daar niet toe in staat zijn. Er bestaat voor deze rechte overdekte trap echt een liftje met stoeltje.

Daarom op naar het WMO-loket, om dat aan te kaarten. Overigens was het gesprek begonnen naar aanleiding van een hoge douchebak in de badkamer waar ook een ligbad in zit (wat ze nooit gebruikt). Hoezo "seniorenwoningen"?

dinsdag 18 mei 2010

Een Ipod voor een 92-jarige

Niet te geloven maar wel waar. een domoticabedrijf bedenkt dat een 92-jarige meneer, die nog nooit een mobieltje in zijn handen heeft gehad en bij de afstandsbediening van de televisie soms op twee knoppen tegelijk drukt... Die meneer moet natuurlijk een iPod gaan gebruiken om de domotica te bedienen!

Domotica moet de gebruiker hélpen om een aantal dagelijkse dingen makkelijker te kunnen doen, maar dan moeten de leveranciers zich wel willen verdiepen in de behoeftes van de toekomstige gebruiker. Is dit helpen of lijkt het meer op lastigvallen?

Dit voorstel ging ook nog eens bijna alleen maar over lichtscenario's en niet over voor de hand liggende onderwerpen voor ouderen zoals een videofoon of de mogelijkheid dat hulpverleners bij iemand naar binnen kunnen zonder eerst op een ander adres een sleutel te hoeven ophalen.

Gemiste kans, volgende keer maar een ander bedrijf uitnodigen. Zouden deze mensen geen ouders en/of grootouders hebben die ze in gedachten kunnen nemen als ze een voorstel schrijven?

zondag 16 mei 2010

500.000 scootmobielen

In het nieuwe ANBO-magazine dat deze week in de brievenbus viel, staat een artikel over scootmobielen: men verwacht dat er zoveel bijkomen, dat er over een aantal jaren maar liefst een half miljoen rondrijden. En dat is fijn voor iedereen die er een nodig heeft, want je krijgt er een hoop vrijheid mee terug.

Maar er ligt ook een interessant probleem op de loer. Waar gaan al die mensen straks al die scootmobielen stallen en opladen? De gemeentes eisen nu, dat iemand eerst een stallingsplek beschikbaar heeft (met een stopcontact) en dan pas wordt de scootmobiel in het kader van de WMO afgeleverd. En dat geeft nu al (ongeveer 150.000 scootmobielen) regelmatig problemen. Bij een eengezinswoning is er meestal wel een berging, al kun je daar niet altijd even makkelijk naar binnen zonder wat aan te passen. En als dat niet mogelijk is, is er altijd nog een speciaal voor scootmobielen bedoelde berging, zoals de ScooterSafe die ergens een plekje kan vinden. hoewel dat aan de grachten in Delft nog niet zo makkelijk was. Er zijn echter ook woningen van na 2003 die door eenvoudigere regels in het Bouwbesluit geen berging meer hoeven te hebben....

En hoe doe je dat in een appartementengebouw? Er staan in Nederland veel oudere appartementengebouwen waar relatief veel ouderen in wonen. Toen die gebouwd werden was de scootmobiel nog niet uitgevonden! Waardoor de bewoners die een scootmobiel gaan gebruiken een plekje moeten gaan zoeken waar hun scootmobiel kan en mag staan. En niet al te ver van hun eigen voordeur. En met een stopcontact om hem op te laden. En waar hij veilig staat om vernielingen en stekkers eruit trekken te voorkomen.

De praktijk is dat dat nog niet altijd zo eenvoudig is. Gelukkig kan de Vereniging van Eigenaren het niet meer zomaar tegenhouden, omdat de Wet Gelijke behandeling van Gehandicapten en Chronisch Zieken inmiddels ook voor wonen geldt, maar daarmee is het probleem nog niet uit de wereld, want er moet wel ergens plek zijn. En hoeveel gebruikers van een scootmobiel wonen er over een poosje in het gebouw?

Dat wordt aanpassen, verbouwen of bijbouwen. Woningcorporatie Woongroep Holland geeft het goede voorbeeld in Amstelveen, waar de hal van appartementengebouw Mont Blanc wordt gerenoveerd en er stallings- en oplaadruimte komt voor zes scootmobielen. Voor wie dat te ver lopen is naar de eigen voordeur, komt er een mogelijkheid in de hal op de eigen etage. En andere appartementengebouwen volgen. Hulde!

Bovendien betaalt iedere gebruiker hier zijn eigen elektriciteitsrekening voor het opladen, zodat de neiging van sommige medebewoners om de stekker eruit te trekken ("we gaan natuurlijk niet meebetalen aan andermans scootmobiel") ook de kop in wordt gedrukt.

En hopelijk een goed voorbeeld voor de nieuwbouw. Onlangs kwamen er tekeningen langs van een nieuw appartementengebouw met "officiële" en dure seniorenwoningen, ergens in de Randstad. Ongeveer honderd woningen en eh... welgeteld twee stallings- en oplaadplekken voor een scootmobiel. En kennelijk niemand die dat op tijd signaleert.... Jammer voor de toekomstige bewoners!